In 2013 start in Apeldoorn een nieuwe klas de opleiding Verpleegkunde niveau 4. Vier jaar later verlaat een hechte groep van zestien studenten de school en waaiert uit over de zorg én andere werkvelden. “Een heel bijzondere klas”, vertelt mentor Jenneke Haase, “daar zitten veel verhalen in.” Dat blijkt als we één van de studenten, Andrea Rolleman-Engberts, bellen.
“We maakten studiereizen naar Roemenië, Hongarije en Tsjechië. Toen de school geen trips meer organiseerde, hebben we zelf een vakantie naar Limburg geregeld. En mevrouw Haase ging natuurlijk mee.” De klas houdt via een groepsapp nog steeds contact. Door corona zijn de persoonlijke ontmoetingen verminderd, maar de band is gebleven. HoornBACK spreekt vier oud-studenten om even terug te blikken op hun Hoornbeeck-tijd.
Op achtjarige leeftijd kreeg ik diabetes type 1 en lag ik regelmatig in het ziekenhuis. Ik had veel plezier met de verpleegkundigen; daar is mijn voorliefde voor de zorg ontstaan,” zegt Esther Struijk. Geen verrassing dus dat ze na de middelbare school koos voor Verpleegkunde aan het Hoornbeeck College. “Ik vond het vanaf de eerste dag leuk, zeker de theorie over bijvoorbeeld het menselijk lichaam. Toen ik op stage ging, was er wel een wow-momentje: zo gaat het dus in het echt.”
Pas later ontdekte ze dat de zorg ook een minder leuke kant heeft. “Het is een lastig vakgebied met de vergrijzing en de tekorten, en de sector ligt behoorlijk onder een vergrootglas.” Esther kijkt met veel waardering en plezier terug op haar Hoornbeeck-tijd. “Door de lessen klinisch redeneren van mevrouw Post werd je uit je comfortzone gehaald. Daardoor leerde je er heel veel wat zeker is blijven hangen. De lessen van mevrouw Haase waren leuk, leerzaam en erg goed voor de binding binnen de klas.
‘Ik vond het vanaf de eerste dag leuk’
Op het Hoornbeeck kreeg je op persoonlijk vlak goede begeleiding; je werd er een stevige verpleegkundige die ergens voor staat.” Esther volgde aansluitend hbo-Verpleegkunde, werkte als privéverpleegkundige in een gezin, stapte over naar het ziekenhuis en maakte daar de intensieve coronaperiode mee.
Na haar huwelijk werkte ze enkele maanden als vrijwilliger in Spanje (“We droomden allebei van een tijdje in het buitenland”), waarna ze aan de slag ging in verpleeghuis De Weemelanden in Vriezenveen. Daar houdt ze zich naast de zorg voor ouderen vooral bezig met de kwaliteit van zorg(processen) en het coachen van teams.
“Ik ben geboren en getogen in Rijssen en dacht aan een ict-opleiding”, vertelt Leander Lubbers, die net uit de nachtdienst komt. “Na een meeloopdag was mijn conclusie: ik wil liever iets met mensen. Ik koos Verpleegkunde. Ja, dat was best spannend, ik was een van de weinige mannen en stapte bovendien uit de bubbel Rijssen. Het duurde een jaar voor ik dacht: verpleegkundige worden, dat wil ik echt. Familie en vrienden vonden het overigens erg leuk dat ik deze opleiding koos.”
‘Verpleegkundige worden, dat wil ik echt’
Leander kijkt met plezier terug op zijn Hoornbeeck-jaren. “Het was een hechte groep, zeker na het eerste halfjaar. We vulden elkaar goed aan en hadden goede gesprekken, de sfeer was heel open. Zo kwam iedereen een beetje uit zijn of haar eigen bubbel en kregen we een bredere blik op de wereld. Zeker ook tijdens de tripjes die we maakten. De confrontatie met armoede en tegelijk gastvrijheid in Roemenië is wat mij betreft een van de hoogtepunten uit mijn Hoornbeeck-tijd.” Inmiddels is Leander verpleegkundige op de Acute Opname Afdeling van Isala Klinieken Zwolle. “Ik doe vooral late- en nachtdiensten, ben toch een beetje een nachtdier geworden.”
“Van jongs af aan zei ik: later wil ik de zorg in, en dan het liefst met kinderen en baby’s werken,” vertelt Lisanne. Toen de opleiding hbo-Verpleegkunde na een jaar net iets te hoog gegrepen bleek, schreef ze zich last-minute in op het Hoornbeeck College.
“De cultuur was eerst wel even wennen en ik voelde me met mijn 19 jaar ook wat ouder. Er zaten ook vijftienjarigen in de klas. Na het eerste jaar vielen er wat mensen af; vanaf dat moment werd het een hechte klas met veel plezier. Iedereen stond voor elkaar klaar. De persoonlijke aandacht van docenten was ook top; zij zagen het meteen als het niet goed met je ging. En we kregen veel ruimte om zelf dingen te organiseren, zoals een reisje naar Limburg. Het was een nogal ondernemende klas.”
Aan het einde van haar laatste stage kreeg Lisanne een baan aangeboden op haar stageplek, een revalidatieafdeling. “Ik dacht een jaar ervaring op te doen, maar het werden zes jaar. Ik had het gewoon erg naar mijn zin daar. Toen de uitdaging na zes jaar minder werd, kreeg ik een traineeship in het ziekenhuis aangeboden. Zo maakte ik de overstap naar het ziekenhuis.”
‘Een hechte klas met veel plezier’
Ze maakte kennis met diverse afdelingen, om uiteindelijk een baan aan te nemen op de afdeling Geriatrie. Niet bepaald de omgeving met de baby’s en kinderen uit haar jeugddroom, toch? “Klopt, maar geriatrie vind ik ook heel leuk en er zijn niet veel banen op Verloskunde of de Neonatologie. Voor nu is het prima, maar verloskunde blijft wel in mijn achterhoofd.”
Andrea dacht na over een opleiding richting politie of defensie, maar belandde via vriendin Esther in de Verpleegkundeklas. “Ik ben achteraf ontzettend blij met deze keuze, de opleiding was erg leuk. Het was geen gemakkelijke studie, er zat uitdaging in”, vertelt ze erover. Dat de klas zo’n leuke en hechte club was, hielp ook mee. “Niemand was een buitenbeentje, er was respect naar elkaar. Eén club met gezellige, gemotiveerde mensen.” Andrea waardeert het dat de opleiding niet alleen beroepsinhoudelijk goed was. “De reformatorische identiteit heeft mij geholpen om bij ethische dilemma’s te ontdekken waar je zelf staat. Daar heb ik in het ziekenhuis veel aan.”
‘Eén club met gezellige, gemotiveerde mensen.’
Waar Andrea ook veel heeft geleerd: in Suriname, bij haar afsluitende stage. “Ik houd van reizen en wilde graag naar het buitenland. Suriname was wel een hoogtepuntje in mijn opleiding. De cultuur is er zo minder gestrest dan hier, er hangt een ontspannen sfeer en mensen zeggen al snel ‘doe rustig’. Je voelt er hoeveel zegeningen je in Nederland hebt. Dat je iedere maand gewoon je loon krijgt, dat is daar niet altijd zo.”
Dat salaris verdient Andrea nu als verpleegkundige op de Acute Opname Afdeling van ZiekenhuisGroepTwente (ZGT) in Almelo. “Ik houd van klinisch redeneren. Dan komt er een patiënt binnen die doodziek is en ontdekken we wat er aan de hand is. Het is mooi als iemand beter of gezond naar een andere afdeling gaat.”